Home


Preken


Jan BosContact:
Jan C. Bos
Wagnerkade 59,
2102 CT Heemstede
T  023 5332455
E jancbos@antenna.nl




11 maart 2018 Samen brood eten
Johannes 6, 1-15  Nieuwe kerk Haarlem

Hier op tafel ligt ons dagelijks brood.
Het is van dat brood zoals dat jongetje bij zich had van wie het evangelie deze zondag vertelt. Zorgvuldig droeg hij vijf broden en twee vissen, als een kostba-re schat die niet zomaar verloren mag gaan, die niet mag worden weggegooid of verspild. Hou zou dat kereltje toch geheten hebben?
Ik weet niet wat u bij dat brood voelt. Ach, het is zo gewoon. Het is dagelijkse kost voor zover niet verdrongen door allerlei luxe liflafjes of uitheemse eetge-woonten. Het is doodgewoon, gemakkelijk te krijgen en goedkoop. En het wordt ook gemakkelijk weggedaan. In het beste geval gaat het naar de eendjes of de konijnen of de dieren van de kinderboerderij. In het slechtste geval ligt het vertrapt in de hoeken van het schoolplein, of geplet in nog halfvolle ver-frommelde plastic broodzakken in de vuilnisemmer. Geen jongetje dat er naar omkijkt. Het is immers maar brood....
Toch is dat brood, dat doodgewone dagelijkse brood Gods goede gave aan ons mensen. Wat je met een zak chips of borrelnoten niet kunt, dat kun je wel met brood: Je kunt het dankzeggend zegenen. Mijn vader sprak hardop aan tafel een dankzegging uit over het brood en ik doe dat zelf ook. Want brood is kost-baar.
Natuurlijk kan je zeggen: Waarom de dankzegging? Ik heb er toch zeker zelf voor gewerkt.
 Maar dan peil je niet wat brood werkelijk is en waar het voor staat. Brood is heel bijzonder. Het is een gave van God waarmee Hij ons mensen spijzigt in de dagen van vreugde en van verdriet, in onze opgang en in onze neergang, in de lange, lange duur en door de nacht van strijd en zorgen. Vorige week zater-dag stond er een mooi artikel in de krant over de keuken van de Paus. Voor Franciscus is voedsel heilig en gemeenschap stichtend en hij verbindt het ook altijd met solidariteit.
Brood belichaamt Gods zorg waarmee Hij ons op de been houdt, waarmee Hij ons onderweg begeleidt op de lange weg totdat mijn leven en het jouwe, tot ons leven is voltooid. "Laat er niets van verloren gaan", zegt Jezus wanneer hij voor het brood gedankt heeft en het heeft uitgedeeld.  En alleen dat al is een woord dat waard is om te overdenken in een tijd waarin het rijke deel van de wereld voedsel verspilt en het arme deel honger lijdt. Laat niets verloren gaan van Gods goede gaven want ze zijn bedoeld tot heil van jou en van mij en van Gods mensenkinderen op aarde.
En zij verzamelden de brokken. Zal ook dat jongetje niet ijverig mee verzameld hebben? Wat jammer nou dat ik zijn naam niet weet...

Vanmorgen lezen we het verhaal van de brooddeling zoals dat door de evan-gelist Johannes aan ons wordt verteld. Alleen Johannes vertelt dat het Pascha van de joden nabij is. Bij Johannes wordt het verhaal van de brooddeling een paasverhaal. Het wordt een verhaal van uittocht en intocht. Jezus trekt de zee over als ooit eens het volk het water van de zee overstak. En dan is er nog een bijzonderheid die alleen bij Johannes voorkomt: De maaltijd vindt plaats op de berg. En de maaltijd op de berg is het symbool van de toekomst bij God. Het zal zijn in het laatste der tijden dat de volken der aarde zullen worden gevoed op de berg des HEREN. Het brood is een teken dat God niet ontmoedigd is over ons mensen maar met ons wil gaan tot aan het einde ter tijden. Wat kun je hongerig zijn op de lange weg door de woestijn. Wat goed als er dan brood is. Brood voor je spieren opdat je knieën stevig blijven en je rug recht, en brood voor je hart opdat de moed er in blijft en het geloof volhardt tot op de dag dat er brood genoeg zal zijn voor iedereen op aarde

Het verhaal van het brood staat wel bekend als de wonderbare broodverme-nigvuldiging.  Maar Johannes en trouwens ook de andere evangelisten zeg-gen niet meer dan dat Jezus het brood dat voorhanden is deelt
In de lange traditie van de kerk zijn er globaal drie verstaanswijzen van dit ver-haal geweest; De eerste: Het brood vermenigvuldigde zich onder Jezus han-den. De tweede: Het delen van Jezus bracht ook anderen er toe te delen; De derde: Een klein stukje avondmaalsbrood is genoeg om te worden gevoed. 
Het verhaal is bij Johannes zo open verteld dat alle drie verstaanswijzen moge-lijk zijn. Toch spreekt mij de derde het meeste aan.  De liefde van Christus is voedsel genoeg, geeft kracht genoeg om te leven en te delen.

 Het brood verwijst naar Jezus die de liefde Gods belichaamt. Hij is het ware brood des levens en de grond van ons bestaan. Telkens als wij brood eten, thuis en in de kerk, dan zal het zijn in verbondenheid met Hem die ons leven voedt en draagt en die ons vreugde geeft.
Het brood verwijst ook naar het lijden van Jezus.
Johannes vertelt hoe de schare die van de broden heeft gegeten Jezus koning wil maken. De schare heeft het op dat moment dus niet begrepen. Zij denken aan brood en spelen. Ze denken aan brood op de plank en rust in het land. Ze denken wat wij ook zo vaak denken: Hoe hou ik mijn kostje gekocht en mijn welvaart verzekerd. Heel veel politiek debat gaat niet over de honger in de we-reld maar over de welvaart in het eigen land. We kijken naar anderen. We lij-ken naar elkaar met angst in het hart of er wel genoeg zal blijven voor ons zelf. Laat er een koning zijn, een sterke man die ons eigen volk voedt 
Aan dat onbegrip lijdt onze Heer tot op vandaag. En dat onbegrip wil hij door-breken door ons in zijn grote liefde te nodigen aan de maaltijd van het konink-rijk waarin wij leren delen met Hem en met elkaar. Het brood staat voor zijn lij-den, zijn inzet, zijn hartstocht voor ons mensen.

Regelmatig ligt er in onze kerk bijzonder brood op tafel. Dan ligt hier avond-maalsbrood We weten allemaal waar het avondmaalsbrood voor staat. Het is het teken van Gods aanwezigheid in ons bestaan en een zegel van Gods lief-de en zorg voor ons allen. Is dat eigenlijk wel ander brood? Nee, ook dan gaat het om gewoon dagelijks brood. De koster koopt het bij de bakker.
Het gewone brood is bijzonder omdat het een teken is van Gods liefde. Alle brood is een teken van Gods liefde.  Wat heb je nodig onderweg? Brood heb je nodig. Brood voor je lijf. En liefde heb je nodig. De zegen van God in jouw be-staan. Brood voor je hart. In het mooie artikel over de paus waar ik het eerder over had wordt verteld hoe hij vorigjaar oktober een tafel aanrichtte  in de Sint Petroniusbasiliek voor duizend zwervers en andere mensen in de marge van de maatschappij. Wat zou het mooi zijn als wij dat ook eens voor elkaar kregen met een gemeentemaaltijd in de Bavo. Het hoeven er geen duizend te zijn. Vijf-tig of honderd is ook al goed. Het is wezenlijk voor de kerk dat het gebroken brood gedeeld wordt met armen en de hongerigen.

Een kleine jongen draagt voorzichtig brood en vis. Alleen Johannes vertelt van hem. Wie is die kleine jongen toch, zo'n klein knechtje dat de ware Knecht des HEREN helpen mag. Zijn naam weten we niet. Maar dat is niet erg. Jij mag het zijn en ik. Want jij bent geroepen om zo'n knechtje te zijn en jij en jij. Jij bent geroepen om dat dagelijks zelfde brood toe te wijden aan de HEER. Jij bent geroepen om verder te kijken dan de zorg om eigen welvaart en om te zien naar wie werkelijk in nood is. Jij bent geroepen om te leven uit Gods liefde en die liefde uit te delen met woord, met daad.
"Laat er niets verloren gaan", zegt Jezus.  Verspil Gods goede gaven niet maar leef er van en werk er uit. Neem het mee voor onderweg.
Vele luxe liflafjes kun je best missen maar brood niet.  Het teken van Gods lief-de hoef je ook niet te missen.  Dat gaat met ons mee.
Het is een gave van God  waarmee Hij ons mensen spijzigt in de dagen van vreugde en van verdriet, in onze opgang en in onze neergang, in de lange, lange duur en door de nacht van strijd en zorgen. Het belichaamt Gods zorg waarmee Hij ons op de been houdt, waarmee Hij ons onderweg begeleidt op de lange weg  totdat mijn leven en het jouwe, tot ons leven is voltooid en God zal zijn alles in allen.